Nadat zomerstorm Poly in de middag van 5 juli ging liggen, lag de weg vrij voor de presentatie van het jaarlijkse Re-use & Decommissioning report. Thijs Starink, directeur van Nexstep, overhandigde symbolisch het online rapport aan Sybilla Dekker, voorzitter van het Noordzeeoverleg.

De titel van het Nexstep-rapport van dit jaar, “Stepping up the pace”, weerspiegelt de versnelling van de ontmantelingsactiviteiten van 2022 in Nederland. In zijn welkomstwoord lichtte Starink zijn motivatie toe om de versnelling van de ontmanteling door te zetten en deze waar mogelijk natuurvriendelijk en toekomstgericht in te richten: “Sinds 1986 heb ik in de olie- en gasindustrie gewerkt. Ik vind het passend en eervol om nu bij te dragen aan hergebruik en optimale ontmanteling van olie- en gasinfrastructuur. Daarnaast onderzoeken we mogelijkheden voor innovatieve en natuurvriendelijke ontmanteling.”

Belang van samenwerking

Nadat Sybilla Dekker het Nexstep-rapport in ontvangst nam, reflecteerde ze vanuit haar rol als voorzitter van het Noordzeeoverleg op de samenwerking tussen de partijen die bij ontmanteling zijn betrokken. Dekker: “Ik vind het heel belangrijk dat de betrokken partijen, ook zij die kijken naar de effecten op de Noordzee, met elkaar in gesprek gaan. Het is niet vanzelfsprekend dat andersoortige organisaties dit samen oppakken – en toch gebeurt dat nu wel. Hiermee demonstreert Nexstep dat samenwerking heel belangrijk is, ook al heb je verschillende rollen en belangen. En dat je hiermee meer bereikt dan wanneer je afzonderlijk opereert. De verschillende invalshoeken die bij deze rollen horen, zie je terug in het Nexstep-rapport. Als voorzitter van het Noordzeeoverleg ben ik hier zeer verheugd over.”

Panelgesprek

Versnelling van ontmantelingsactiviteiten, natuurvriendelijke ontmanteling en wet- en regelgeving met betrekking tot ontmanteling; deze drie onderwerpen stonden centraal tijdens het panelgesprek dat na de overhandiging van het rapport plaatsvond. Caroline van Dalen, MT-lid Transitie Diepe Ondergrond bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaatbeleid, legde tijdens het gesprek de nadruk op het maatschappelijk belang van efficiënt en effectief opruimen en het doen van onderzoek naar hergebruik van infrastructuur voor onder meer CO₂- en waterstofopslag. Boukje van der Lecq, directeur Vergunningen bij Staatstoezicht op de Mijnen, accentueerde het belang van goede samenwerking tussen de betrokken partijen en van veiligheid voor mens en milieu tijdens het ontmantelingsproces. Arendo Schreurs, directeur van Element NL, riep op tot het creëren van meer helderheid in de toepassing van de huidige wet- en regelgeving. Heleen Vollers, senior projectleider Natuurvriendelijke Energie bij Stichting De Noordzee, sprak uit blij te zijn met de toenemende aandacht voor de conditie van de Noordzee en met de bereidheid van betrokken partijen om de waarde te onderzoeken van ecologische hotspots rondom harde structuren op de zeebodem.

Gedeelde conclusies

De versnelling van ontmantelingsactiviteiten is voor alle betrokken partijen merkbaar. De samenwerking binnen Nexstep leidt daadwerkelijk tot kostenbesparingen en tot verbeterd inzicht in ontmantelingsprocessen. Tegelijkertijd laat de praktijk zien dat (toepassing van) de wet- en regelgeving om meer helderheid en voorspelbaarheid vraagt. Een goede dialoog tussen alle partijen kan helpen bij het ontwerpen van aanvullende afwegingskaders of richtlijnen. Het is een gedeelde wens dat de gezondheid van de natuur en biodiversiteit hierbij factoren van belang zijn.

Stepping up the pace” is het zesde jaarlijkse Re-use & Decommissioning report van Nexstep. De presentatie van het rapport vond plaats bij Campus@Sea in Den Haag. Campus@Sea staat voor samen innoveren voor duurzaam, meervoudig gebruik van de Noordzee.

Optimalisatie van ontmantelingsactiviteiten, intensieve samenwerking tussen operators en innovatieve projecten; het zesde Re-use & Decommissioning rapport laat zien welke impact Nexstep heeft op onder meer deze terreinen. Mede dankzij de faciliterende rol van Nexstep in de samenwerking en kennisuitwisseling tussen operators, het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en andere belanghebbenden, is er sinds 2022 sprake van een sterke groei van ontmantelingsactiviteiten. De subtitel van het Nexstep-rapport van dit jaar is dan ook “Stepping up the pace”. Oftewel, het tempo opvoeren.

Om het ontmantelingstempo structureel hoog te houden en voorbereidingen te treffen voor hergebruik van infrastructuur, is heldere regelgeving van belang. Kees Hansma, Directeur Transitie Diepe Ondergrond bij het Ministerie van EZK, belicht in het rapport de huidige wet- en regelgeving en de condities die hierop in de toekomst van invloed kunnen zijn.

Het zetten van een volgende stap gaat gepaard met het volgen van nieuwe ontwikkelingen en het doorpakken op verkregen inzichten. De aandacht voor natuurvriendelijk opruimen is daar een voorbeeld van. Geïnspireerd door het Noordzee Akkoord en uitkomsten van studies van de Wageningen University & Research, sloot Nexstep zich dit jaar samen met Element NL, Natuur & Milieu, Stichting de Noordzee en NWEA aan bij een gezamenlijk project waar Energie Beheer Nederland (EBN) leiding aan geeft. Over deze en andere innovatieve ontwikkelingen leest u meer in het nieuwe rapport.

Re-use & Decommissioning rapport 2023 ENG

PERSBERICHT

Thijs Starink nieuwe directeur Nexstep

Den Haag, 8 november 2022 – Thijs Starink is benoemd tot General Manager van Nexstep, het nationale platform dat zich inzet voor hergebruik en ontmanteling van (niet meer gebruikte) olie- en gasinfrastructuur. Hij vervulde de functie al op interim basis sinds het vertrek van Jacqueline Vaessen in juli van dit jaar. Starink zal twee tot drie dagen per week voor Nexstep werkzaam zijn, daarnaast blijft hij als Senior Advisor E&P Assets actief voor Energie Beheer Nederland (EBN).

Nexstep is een gezamenlijk initiatief van EBN en de Nederlandse olie- en gasindustrie (verenigd in Element NL) en bestaat sinds 2017. Het platform richt zich vooral op een efficiënte en doelmatige ontmanteling van infrastructuur die niet meer wordt gebruikt. Het doel is reductie van (maatschappelijke) kosten door intensieve samenwerking tussen de olie- en gasbedrijven bij ontmanteling. Daarnaast zet Nexstep zich in voor het behoud van infrastructuur die een rol kan spelen in de energietransitie. Hierbij werkt het samen met alle mogelijke betrokken partijen en de overheid.

Menno Snel, voorzitter Element NL en RvC-lid van Nexstep: “Met de benoeming van Thijs hebben we een ervaren E&P manager in huis gehaald met een bewezen track record. Hij kent het klappen van de zweep en heeft een uitstekend netwerk. Voor de fase waarin Nexstep zich bevindt, het van de grond tillen van projecten die ten dienste staan aan de energietransitie of het reduceren van kosten, is hij wat ons betreft de juiste man op de juiste plaats.”

Thijs Starink zelf: “Ik kijk uit naar deze nieuwe rol in een voor mij bekend, maar nog altijd spannend en dynamisch speelveld. Het is een uitdaging om de vele verschillende partijen die een rol spelen of een belang hebben bij de ontmanteling goed te laten samenwerken. Infrastructuur die geschikt is voor hergebruik gaan we klaar zetten voor de energietransitie. Als dit lukt is dat waardevol voor alle betrokkenen en vooral voor de Nederlandse maatschappij. Het is mooi hoe mijn vorige functies bij de offshore aannemer Allseas en bij EBN nu samenkomen. Zo ga ik me enthousiast inzetten om gisteren te verbinden met vandaag en morgen!”

Noot ter toelichting:
Als participant in de olie- en gaswinning voor (meestal) 40% draagt EBN ook 40% van de kosten van het opruimen. De overige 60% van de kosten wordt betaald door de olie- en gasmaatschappijen, die dit vervolgens mogen opvoeren als bedrijfskosten en daardoor minder belasting hoeven te betalen. Zodoende betaalt de NL Staat 73% van de totale opruimkosten, 40% via EBN en de rest via lagere belastingafdrachten. Dat verklaart waarom het reduceren van de opruimkosten een maatschappelijk belang is en waarom daarvoor in 2017 op initiatief van EBN en Element NL het nationale platform Nexstep is opgericht. Daarin zijn naast Element NL en EBN ook het Ministerie van Economische Zaken & Klimaat en de IRO (offshore aannemers) vertegenwoordigd als toehorende leden, zonder stemrecht. _____________________________________________________
Voor meer informatie: Marcel Hoenderdos, 06-35120075

Het vijfde Re-use & Decommissioning rapport geeft inzicht in de olie- en gasinfrastructuur die naar verwachting de komende tien jaar in Nederland wordt ontmanteld en gaat over wat tot nu toe is ontmanteld. De titel van dit rapport is “The Power of Collaboration”, aangezien samenwerking hét uitgangspunt werd voor onze activiteiten binnen Nexstep.

Als we naar de toekomst kijken, zien we opnieuw een lichte verschuiving in de ontmanteling. Dit kan worden verklaard door de moeilijke jaren 2020 en 2021, met extreem lage prijzen, de COVID-19-pandemie en de problemen met beperkingen op de uitstoot van op stikstof gebaseerde verbindingen die ontmantelingsactiviteiten vertraagden of beperkten. Wel zien we een transformatie in dit patroon. In 2022 vinden verschillende ontmantelingsactiviteiten plaats en enkele daarvan zullen we in dit rapport uitlichten.

In het rapport van dit jaar hebben we interviews opgenomen over de Joint Well-campagne en de Peer Assist die werksessies faciliteert waarin ervaren collega’s, die werkzaam zijn in ontmanteling, van verschillende operators reageerden op een gepland ontmantelingsproject om het te verbeteren. Lees op de achterkant van de hand-out over de prestaties van vijf jaar Nexstep.

Re-use & Decommissioning rapport 2022 ENG

Re-use & Decommissioning rapport 2022 NED – handout

Factsheet

(Photo courtesy of Flying Focus)

Op 24 april start de uitvoeringsfase van de Joint Well Campaign, een samenwerking tussen operators NAM, Neptune Energy, ONE-Dyas, Petrogas E&P, TotalEnergies EP Nederland and Wintershall Noordzee. Bluestream Offshore B.V. als onderaannemer van Oceaneering zal het onderzoek van 44 mud line suspension (MLS) putten uitvoeren met de VOS Sugar, varend vanuit de haven van Den Helder, voor een periode van 2-3 weken. Deze zomer zal de volgende fase worden uitgevoerd door reiniging en interne inspectie van het bovenste deel van de putgeleiders en de definitieve ontmanteling van de putten is gepland voor de zomer van volgend jaar, ook met behulp van een schip. Deze samenwerking en de op schepen gebaseerde uitvoeringsmethode zullen aanzienlijke besparingen opleveren in de ontmanteling kosten van deze MLS-putten.

Het vierde Re-use & Decommissioning rapport geeft inzicht in de olie- en gasinfrastructuur die de komende tien jaar in Nederland uit productie zal worden genomen en geeft aan wat er tot nu toe ontmanteld is. De titel van het rapport is “On the Road”, met een kleine knipoog naar onze “Road to 30%”, maar hij geeft tevens aan dat we flinke stappen in de juiste richting hebben gezet om de kosten van ontmanteling met 30% te reduceren.

Vorig jaar was de prognose voor 2021 voor activiteiten van hergebruik en ontmanteling van installaties op de Nederlandse Noordzee erg laag. De naar verwachting toenemende activiteiten zoals voorspeld in het rapport van vorig jaar voor 2022, wordt nu echter uitgesteld tot 2023. Als we de geraamde ontmantelingsschema’s van de rapporten van 2018, 2019, 2020 en 2021 vergelijken, zien we over het algemeen dat de geplande ontmanteling elk jaar wordt uitgesteld. Planningen worden ruim van tevoren opgesteld, waardoor de tijdspanne voor uitvoering kan verschuiven. Of deze planning gehaald kan worden hangt af van verschillende factoren, en die factoren kunnen per installatie verschillen.

Voor onshore werd het activiteitenniveau in 2020 gemarkeerd met de start van een grote campagne voor het ontmantelen van putten in verband met het einde van de productie van het Groningenveld in 2022.

In het rapport van dit jaar hebben we onder andere interviews opgenomen met verschillende operators in Nederland, gericht op ontmanteling, op herbestemming en op het belang van gaswinning uit de Noordzee. Voor het eerst hebben we een factsheet toegevoegd met alle belangrijke informatie. Lees de voortgang in ons rapport en de hand-out. Aanvullende informatie over terminologie is te vinden in onze Begrippenlijst met iconen.

 

Re-use & decommissioning rapport 2021 ENG

Re-use-decommissioning-report begrippenlijst

Re-use & decommissioning rapport 2021 NL handout

Factsheet

Het derde Re-use & decommissioning rapport geeft inzicht in de verwachte olie- en gasinfrastructuur die de komende tien jaar in Nederland uit productie zal worden genomen en geeft een inkijkje in wat er tot nu toe is gedaan aan de herbestemming van infrastructuur.

Zoals vorig jaar was voorspeld, is 2019 een jaar met veel activiteit gebleken. Vorig jaar werd verwacht dat tien platforms en drie onderzeese installaties zouden worden verwijderd. Door een vertraging van het kraanschip zijn drie satellietplatforms die in 2018-2019 zouden worden verwijderd, uiteindelijk begin 2020 verwijderd.

Lees de voortgang in ons rapport en hand-out. Aanvullende informatie over terminologie is te vinden in onze Begrippenlijst met iconen. Als laatste een viertal interessante interviews over Nexstep en ontmanteling in de praktijk.

Re-use & decommissioning rapport 2020 ENG

Re-use-decommissioning-rapport-2020_begrippenlijst

Re-use & decommissioning rapport 2020 NL_handout

Op donderdag 10 oktober vond er een technische briefing plaats over hergebruik en ontmanteling voor Tweede Kamerleden waar Nexstep een bijdrage mocht leveren. Op dezelfde dag plaatste Hans van der Lugt van Energeia over dezelfde briefing het volgende artikel:

Noordzee wacht met smart op volledige blauwdruk energietransitie

“Liever gisteren dan vandaag” heeft Jacqueline Vaessen een complete toekomstvisie op de energietransitie in de industrie. Vaessen werkt als general manager van Nexstep aan het faciliteren van hergebruik en ontmanteling van de olie- en gasinfrastructuur. Maar “hergebruik” is afhankelijk van de keuzes die overheid en bedrijfsleven maken in de energietransitie. Ondanks een Klimaatakkoord zijn veel vragen nog onbeantwoord.

Vaessen sprak tijdens een technische briefing voor leden van de Tweede Kamer donderdagochtend over ontmanteling van olie- en gasinstallaties op de Noordzee. Op het eerste gezicht lijkt dit een technisch thema met een beperkte uitstraling. Komt er immers niet gewoon een einde aan de winning van fossiele brandstoffen? Maar het gesprek ging al snel over de gehele energietransitie en welke keuzes daarin gemaakt gaan worden, met name door de industrie. Als de contouren van de toekomstige energievoorziening niet helder zijn, is ook niet duidelijk welke onderdelen van oude infrastructuur in de toekomst nog van pas kunnen komen.

Vraag van €7 mrd

Het opruimen van de volledige olie- en gasinfrastructuur op de Noordzee zal ruwweg €7 mrd gaan kosten en het grootste deel daarvan (73%) moet worden opgebracht door de belastingbetaler, deelde CEO Jan Willem van Hoogstraten van staatsbedrijf EBN de Kamerleden mee. Deels omdat EBN namens de overheid voor 40% participeert in de olie- en gaswinning en dus direct moet bijdragen, deels omdat de uitgaven van olie- en gasbedrijven leiden tot lagere belastinginkomsten van het rijk.

Het beperken van de kosten van ontmanteling en hergebruik van 152 platforms en 3.000 kilometer aan pijpleidingen, en waar mogelijk opnieuw toepassen in een nieuw vormgegeven energie-infrastructuur is dus in het directe belang van de belastingbetaler, zo luidde de boodschap van Van Hoogstraten aan aanwezige politici.
Overheid en industrie werken inmiddels al aan het beperken van de kosten via samenwerking in Nexstep, het bedrijf van Jacqueline Vaessen waarin EBN en de industrie samenwerken om de ontmanteling voorspoedig te laten verlopen. Nexstep wil de kosten à €7 mrd sowieso al terugbrengen tot €5 mrd via samenwerking en het delen van ervaringen.

Verder terugdringen van de kosten kan als niet de gehele infrastructuur hoeft te worden ontmanteld, maar een deel kan worden hergebruikt voor opslag van CO2 in oude gasvelden en mogelijk ook het transport van waterstof naar het vasteland. Mits er in de toekomst inderdaad op zee waterstof uit duurzame elektriciteit van windparken wordt geproduceerd. De industrie heeft zelf het initiatief genomen om volgend jaar als proef een kleine elektrolyser op een gasplatform voor de kust van Scheveningen te plaatsen.

Allomvattende strategie noodzakelijk

Zonder strategie heeft het echter geen zin om te praten over hergebruik van platforms en pijpleidingen, benadrukte Van Hoogstraten. “De complexiteit van het nieuwe energiesysteem vraagt om afstemming van de activiteiten van marktpartijen en overheden. Taken en verantwoordelijkheden moeten worden vastgelegd in een vorm die is aan te passen aan de actuele ontwikkelingen.” Daarbij moet niet worden vergeten dat aardgas vooralsnog een belangrijke rol blijft spelen, nu ruwweg 80% van ons energieverbruik nog uit fossiele brandstoffen komt, waarvan de helft gas. Juist de vervanging van aardgas is problematisch omdat verwarming een belangrijke toepassing is, en “het is niet erg logisch dat elektrisch te doen”. Er moeten dus keuzes worden gemaakt en pas dan kan er planmatig worden gekeken naar de bestaande olie- en gasinfrastructuur, zegt Van Hoogstraten, op basis van het principe: ontmanteling waar nodig, hergebruik waar kan.

Daarvoor zal ook wetgeving voor moeten worden aangepast. Wie is, bijvoorbeeld, verantwoordelijk voor de infrastructuur van een uitgeput gasveld dat ergens in de toekomst bruikbaar zou kunnen zijn voor de opslag van CO2? Waarom mag Tennet, als netbeheerder, geen elektriciteit van windparken op zee leveren aan olie- en gasplatforms? Vaessen zegt namens Nexstep in een brief aan het ministerie van Economische Zaken en Klimaat alle noodzakelijke stappen op het vlak van wetgeving uiteen te hebben gezet. Ze wacht nog op antwoord.

De tijd dringt, aldus Vaessen, omdat veel infrastructuur op de rol staat om rond 2022/23 te verdwijnen. De afgelopen vijf jaar, 2014-18, zijn slechts drie platforms ontmanteld, aldus EBN, maar dit jaar staat de teller al op zeven en daar komen er waarschijnlijk nog drie bij. De komende tien jaar komt de helft van alle platforms, 76 stuks, in aanmerking voor ontmanteling. “Maar een deel daarvan hebben we juist op het oog voor bijvoorbeeld de opslag van CO2”, zegt Vaessen. Als de overheid serieus is met CO2-opslag ziet Vaessen dus “liever gisteren dan vandaag een besluit”.

Overheid onder druk

De overheid realiseert zich bij monde van Ruud Cino van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat dat het bedrijfsleven vooruit wil en dat de politiek daar “terechte vragen” over heeft. Het departement zit tussen politiek en samenleving en moet wikken en wegen om alle aspecten recht te doen. Daarnaast is het mogelijk om “alles met elkaar te verbinden, maar moet de overheid ook tempo maken”. In deze spagaat zijn overkoepelende plannen “moeilijk”, aldus Cino. “Het zou ondersteuning voor beleid zijn als u aandacht vraagt voor overkoepelende, samenhangende verhalen”, zo gaf Cino de leden van de Tweede Kamer mee. Het overkoepelende verhaal dat Vaessen en Van Hoogstraten nodig hebben reikt verder dan het Klimaatakkoord.

Vooralsnog werkt EZK aan een Energy outlook voor de Noordzee, waarin onder meer de mogelijkheden voor CO2-opslag en waterstof in kaart worden gebracht. Cino verwacht medio volgend jaar een resultaat met beantwoording van de vragen “wat we willen bevorderen en waar we terughoudender in willen zijn”.

Maar het zijn niet alleen EZK en energiebedrijven die over het gebruik van de Noordzee gaan. Sinds de zomer wordt er gewacht op een Noordzeeakkoord. Alle partijen met belangen in de Noordzee, van natuurbeschermers via vissers tot oliemaatschappijen, moeten hierin overeenstemming bereiken over het gebruik van de Noordzee. Er liggen bij de overheid nu “enkele essentiële punten die het kabinet moet invullen” zegt Roos Grisnigt, woordvoerder van het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving dat het overleg coördineert. Begin december komen partijen weer bij elkaar in de hoop antwoorden te hebben.

Het tweede Re-use & decommissioning rapport beschrijft de voortgang in de ontmanteling van olie- en gasinfrastructuur en de verwachtingen voor de komende tien jaar. Nexstep verwacht dat dit jaar tien platformen uit de Noordzee verwijderd worden. In januari 2019 is het eerste platform op zee weggehaald. Een ander platform is verplaatst om al voor de tweede keer te worden hergebruikt. Zeer waarschijnlijk zullen daarnaast ook drie onderzeese installaties van de zeebodem worden verwijderd.

Lees de voortgang in ons rapport en hand-out. Aanvullende informatie over terminologie is te vinden in onze Begrippenlijst met iconen. Als laatste een viertal interessante interviews over Nexstep en ontmanteling in de praktijk.

Re-use & decommissioning rapport 2019 NL

Re-use & decommissioning rapport 2019 NL_begrippenlijst met iconen

Re-use & decommissioning rapport 2019 NL_interviews

Handout_NL

Foto’s Re-use & decommissioning event 2019

Tijdens Offshore Energy 2018 in RAI Amsterdam heeft Nexstep in samenwerking met IRO een hackathon georganiseerd. NAM, Spirit Energy en Neptune Energy presenteerden hun uitdagingen en dilemma’s op het gebied van offshore decommissioning en luisterden naar mogelijke oplossingen van de service industrie. In drie intensieve sessies werden tal van ideeën gegenereerd, die in dit rapport worden gepresenteerd.
We onderzoeken nu in samenwerking met de service industrie hoe we de ideeën van de hackathon in concrete projecten kunnen vertalen.

Lees het rapport hier